De laatste tijd zijn er een hoop ontwikkelingen in de landbouw. Naast de al langer bestaande biologische en biologisch-dynamische landbouw, hoor je de laatste jaren steeds meer over permacultuur, agro-ecologie en regeneratieve landbouw. Wat zijn nu precies de verschillen tussen al deze stromingen, en hoe groot zijn die?
In dit achtergrond-artikel probeer ik te schetsen hoe deze verschillende vormen van landbouw zich hebben ontwikkeld de afgelopen eeuw.
Tldr….
-
Bio en bd zijn de eerste reacties op industrialisatie, om met landbouw een eerlijke, ecologische, wereld vorm te geven.
-
Op de schouders van bio en BD staand, zijn eind 20e eeuw drie nieuwe stromingen ontstaan.
-
Deze drie stromingen verschillen vooral in hoe ze zijn ontstaan, en hebben elk hun eigen nadruk, maar lijken erg op elkaar in toepassing
-
Alle drie zien ze minder bodembewerking, meer bomen in landbouw, en kortere ketens, als belangrijke onderdelen van ecologische landbouw.
-
Onder de vlag van agro-ecologie verenigen oude en nieuwe stromingen zich voor een eerlijke, ecologische, wereld.
Jaren ’20, vorige eeuw
Al vrij snel nadat Justus von Liebig de basis legde voor kunstmest gebruik, en de industriele revolutie ook in de landbouw werd uitgerold, kwam vanuit de antroposofie daar een tegenreactie op met de biologisch-dynamische landbouw. Als antwoord op kunstmest gebruik en grootschalige monoculturen, formuleerde Rudolph Steiner stevige normen voor kringlooplandbouw, gemengde bedrijven, bedachtzame boeren en biodiversiteit. Daarnaast zit er een atroposofische kant aan BD landbouw, deels spiritualiteit, deels levensbeschouwing, die o.a. uiting vindt in het werken met preparaten, maanstanden en bedachtzaam werken.
Jaren ’70
In de jaren ’60 begonnen ook de bestrijdingsmiddelen en hun desastreuze gevolgen voor de landbouw duidelijk te worden, en waren de productieketens zo lang geworden, dat er behoefte ontstond aan toezicht op biologische landbouw. In 1972 werd het IFOAM opgericht, die internationaal toezicht op biologische landouw via keurmerken stimuleert. De ideeen van deze biologische landbouw waren in het begin heel ecologisch, maar de certificering is uiteindelijk lang niet zo streng, en vooral gericht op het verbieden van synthetisch middelen gebruik, niet het stimuleren van landschapsherstel door het inzetten van ecologie. En het gebruik van ‘biologische’ bestrijdingsmiddelen is wel toegestaan. Zeg ik hiermee dat biologische boerderijen ‘alleen maar’ synthetische middelen weglaten? Welnee, tal van bio-boeren zijn net zo ecologisch bezig als hun BD collega’s alleen hebben ze niet per se een spirituele inslag. Tal van bio boeren zijn trouw gebleven aan de originele gedachte van biologisch. Maar de strategie van certificering heeft niet geleid tot de gewenste resultaten.
Jaren ’90
In de jaren ’90 won een beweging die in Australie ook in de jaren ’70 was ontstaan, ineens wereldwijd snel aan populariteit. Permacultuur is een ontwerpmethode gebaseerd op 10 ontwerp principes, afgeleid van hoe ecosystemen werken. Plus 3 ethische principes, afgeleid van een soort universele waarden terug gevonden in verschillende culturen wereldwijd. ‘Zorg voor de aarde’, ‘zorg voor de mens’, en ‘eerlijke aandelen’. De aanpak van permacultuur is een stuk breder dan de het weglaten van synthetische middelen. Door ecosysteem-principes toe te passen worden grote stukken landschap hersteld, met systemen die voor boeren en lokale bevolking inkomen opleveren. Al gauw gaat dit systeem de wereld over, en wordt door boer, natuurliefhebber en amateur-tuinier omarmd als een logische manier van samenwerken met de natuur.
Amerika
In Amerika leerden boeren met erg grote boerderijen over de ideeen van Alan Savory, die onderzoek deed op de Afrikaanse Savanne. Ze hoorden van de lessen geleerd bij de herintroductie van wolven in Yellowstone park. Ze ontwikkelden een vorm van landschapsherstel met grote grazers, en gingen dit toepassen op de gedegradeerde prairies op hun megagrote ranches. Er ontstaat een groep die zich regeneratieve boeren noemen, en vaak met holistische vormen van begrazing toepassen. De dieren staan minder gespreid, en worden vaker verplaatst, dikwijls op weides tussen voederhagen of vruchtbomen in. Op deze manier wordt vee gehouden zonder co2 uit te stoten. Sterker nog, regeneratieve boeren verhogen het organisch stof gehalte van de bodem, en leggen co2. In europa zijn ook tuinders en akkerbouwers dit soort begrazing gaan combineren met kippen en groententeelt.
Zuid-Amerika
Tegelijk met deze andere bewegingen ontstaat er in Zuid-Amerika, ook in de jaren ’70 en ’80, een beweging van kleinschalige boeren die zich verenigen onder de vlag agro-ecologie. Agro-ecologie staat op drie pijlers: Boerenpraktijk, wetenschappelijk onderzoek, grassroots organising.
In Zuid-Amerika staan ze aan de andere kant van de medaille ten opzichte van onze boeren. Wij zijn veel meer vee gaan houden dan in ons landschap past, en hebben megastallen vol vee gepropt. Om al dat vee te voeden zijn onze eigen weilanden niet genoeg, en moeten we enorm veel soja uit Zuid-Amerika importeren en daar bossen kappen, grond in beslag nemen, en laten uitwonen voor ons veevoer. Hierdoor produceren wij bovendien veel meer mest dan onze landbouwgrond kan verwerken. Dus uitputting van gronden daar, en mestoverschotten, stikstofdepositie, stikstofuitspoeling hier.
De Zuid-Amerikaanse boeren, zien steeds meer van hun landbouwgronden, en oerwouden, ingenomen worden door sojaplantages en industriele landbouw die vooral rijke landen in Europa en Amerika ten goede komt. Ze verenigen zichzelf en trekken samen op met agronomen en andere onderzoekers aan landbouw-universiteiten, op zoek naar de meest ecologisch en economische landbouwmethodes. Ze komen op voor een eerlijke, duurzame en ecologische landbouw.
Agro-ecologie is dus meer een beweging dan een vaste set principes of landbouw-methodiek.
Nyeleni
Omdat kleine boeren en familiebedrijven aan beide uiteinden van de lineaire agro-industriele landbouw aan het kortste eind trekken sloeg de agro-ecologische beweging een brug tussen wereld-delen. Op het internationaal agro-ecologish forum 2015, in Mali, namen vertegenwoordigers van bewegingen en organisaties van over heel de wereld de Nyeleni verklaring aan. Een veklaring met basiswaarden en strategien waar we ons gezamelijk achter scharen en wereldwijd naar streven.
Overeenkomsten
Alle drie deze nieuwste stromingen zijn ontstaan in de jaren ’70, ’80 en ’90, en hebben veel naar elkaar gekeken, en veel van dezelfde wetenschap van ecologie en bodemkunde geleerd. Toen na twee decennia biologische certificering onvoldoende bleek, profileerden ze zich op vergelijkbare methodes, om van biologisch weer echt ecologisch te maken. De verschillen zitten dan ook vooral in welke ontwikkelingen deze stromingen hebben doorgemaakt, en uit welke hoek ze komen. Want in de praktijk zien boerderijen van alle drie deze nieuwere bewegingen er vaak heel vergelijkbaar uit, en onderscheiden ze zich van ‘biologisch gecertificeerde’ landbouw op dezelfde gebieden;
Niet Kerende Grondbewerking
Een belangrijke overeenkomst onderling is de focus op schimmels in de bodem, en een zoektocht naar minimale bodembewerking en een optimaal bodemleven. De kennis die bodemwetenschappers de laatste twee decennia hebben opgedaan over het bodemleven en met name het belang van (mycorrhizzale) schimmels voor een gezonde grond is enorm. Het leidt ertoe dat veel bedrijven proberen de bodem zo min mogelijk, of helemaal niet te bewerken, en sowieso niet te ploegen. Bij niet kerende grondbewerking passen ook andere manieren om de bodem te bemesten of begrazen. Er is veel aandacht voor het opbouwen van een optimaal bodemleven door bv gebruik van compostthee, maaimeststoffen, compost, of pluimvee op de akker.
Agro-forestry
Een andere overeenkomst is het aanplanten van boomgewassen, of agro-forestry systemen te planten. Waar eenjarigen worden geteelt in stroken tussen bomenrijen met vruchtbomen. Ook de in de permacultuur populair geworden voedselbossen zijn een ware hype geworden in Nederland de laatste jaren, en steeds meer boeren en tuinders zijn op zoek naar manieren om die in hun bedrijf in te passen.
Korte ketens
Als we een landbouw willen die past binnen het landschap en die blijft binnen de ecologische draagkracht van het landschap. Een landbouw die zorgt voor een eerlijke distributie van welvaart en grondstoffen in de wereld. Een landbouw die het klimaat niet belast, maar juist co2 vastlegt, en bovendien het landschap beter bestand maakt tegen klimaatextremen. Dan zullen we naar kortere ketens toe moeten. Naar een landbouw die produceert voor de lokale markt, niet voor de export. Als wij onze boeren niet overleveren aan de vrije markt waar ze competitie aan moeten met lage lonen landen waar grond niets kost, hoeven ze niet met leningen van de bank en subsidies uit europa te blijven innoveren om telkens maar meer omzet te maken, meer mechaniseren, meer middelen gebruiken, grotere stallen. Dan hoeven we ook geen beslag te leggen op grond in andere landen voor ons veevoer en tropische landen te beroven van hun vruchtbaarheid.
Beweging
Alle drie deze stromingen hebben dus hun eigen nadruk, maar ze hebben hebben vooral heel veel overlap. Waar op regeneratieve boerderijen vaak een rol is weggelegd voor dieren als grazers binnen een systeem, maar niet altijd. Gebeurt dit in veel agro ecologische of permacultuur bedrijven ook. Waar in permacultuur, via de ethiek, veel aandacht is voor sociale aspecten, is agro-ecologie echt een sociale beweging, met de focus op sociaal-maatschappelijke verandering.
Tegelijk zitten ook de oudere generaties boeren, bio- en BD, niet stil. Veel van hen hadden al hagen en poelen, en snapten het belang van biodiversiteit en micro-klimaten al lang. Sommigen zoeken naar manieren om de bodem niet meer te ploegen, veehouders werken altijd aan hun grasmat, pure-graze en cel- of stripgrazing worden door BD’ers verkend, en menig BD’er kijkt nieuwsgierig naar agro-forestry, het inpassen van productieve fruit- en notenhagen in de akker- en tuinbouw.
Hoe groot zijn nu de verschillen? Ach, we zijn net mensen, er zijn traditionele bio boerderijen en nieuwe agro-ecologische boerderijen die als dag en nacht van elkaar verschillen, maar ze zijn er ook die eigenlijk in werkwijze heel dicht bij elkaar staan. Zelf komen we uit de permacultuur en voedselbossen hoek, maar er zijn permacultuurboerderijen en voedselbossen die meer van ons bedrijf verschillen dan bepaalde bio- of BD boeren van ons verschillen.
Federatie
Zo dicht staan we inmiddels bij elkaar, dat wij, al deze boeren en tuinders, oud en nieuw, regeneratief en agro-ecologisch, de leden van de BD-vereniging, bio-boeren, permaboeren en CSA tuinders, ons hebben verenigd in de Federatie voor Agro-Ecologische Boeren. Zo dicht staan we inmiddels, letterlijk, bij elkaar, dat we tijdens de klimaatmars in Amsterdam eind 2021, zij-aan-zij achter een banner liepen (en met trekker reden).
Ook in Nederland verenigt de ecologisch en sociaal bewogen agenda van de internationale agro-ecologische beweging ons en organiseren we onszelf voor bepaalde zaken voortaan onder deze vlag.
We gaan hoogstwaarschijnlijk een toekomst meemaken waarin de overeenkomsten tussen ons steeds groter worden, terwijl de onderlinge verschillen ons wel scherp houden om gezamelijk te blijven zoeken, en ons gezamelijk te blijven ontwikkelen naar de meest ecologische, eerlijke en klimaatbestendige landbouw, zonder ooit de waarheid in pacht te denken te hebben.